Nijlpaard verdwaald / Tony Bloem

De vertaling

verteller: Tony Bloem
stem: Marc Krone

Aap veegt zijn vloer.
Stof dwarrelt over de rand naar beneden.
Aap kijkt naar beneden
Wat ziet hij daar?
Een nijlpaard!

Aap klimt uit de boom.
Het nijlpaard staat te huilen!
Aap roept het nijlpaard maar die merkt het niet.
Hij klimt op het nijlpaard en gaat bovenop zijn kop zitten.

Aap kijkt naar beneden.
Hij wappert met zijn handen voor de ogen van het nijlpaard.
Het nijlpaard ziet iets bewegen en kijkt op.
‘Eh, wat?’ hij kijkt naar boven.

‘Jij daar, Nijl, waarom huil je zo?’ vraagt Aap.
‘Ik ben verdwaald’, zegt Nijl en hij barst weer in tranen uit.
‘Hé hallo, waar woon je dan?’ vraagt Aap weer.
‘Ik woon in de rivier’, snikt Nijl.

‘Ik zag vlinders, ze fladderden om mij heen, zulke mooie vlinders.’
‘Ik ging er achteraan en plotseling waren ze weg.’
‘En de rivier was ook weg.’
‘Ik ben verdwaald!’

Nijlpaard begint nog harder te huilen.
‘Zal ik jou helpen de weg terug te vinden?’ zegt Aap.
‘Ja, heel graag!’ antwoordt Nijl.
Aap springt van de kop van het nijlpaard en klimt in de boom tot helemaal het topje van de boom.

Hij tuurt over de toppen van de bomen van het bos.
Daar, heel in de verte, ziet hij wat.
Een rivier slingert zich door het landschap.
‘Daar moeten we heen!’

Aap klimt tevreden naar beneden en zegt tegen Nijl:
‘Ik heb de rivier gezien! Het is die kant op.’
Nijl is opgetogen.
‘Die kant op?’ vraagt Nijl.
‘Dank je wel, dag hoor.’

Dreunend stapt Nijl weg, rechtuit naar huis.
Maar..., Nijl loopt in een rondje!
Hij gaat hélemaal verkeerd.
Aap rent hem achterna.
‘Níjl, je gaat verkéérd!’ zegt Aap.
Je moet niet díe kant op, je moet dáár heen.’

Nijlpaard is verbaasd.
‘Níet die kant, maar dáárheen?’ zegt Nijl verbaasd.
Aap kijkt hem eens aan.
‘Ik ga wel met je mee, om je te helpen de goede weg te vinden.’
‘Graag’ zegt Nijl blij.

Aap klimt op zijn nek.
Nijl dreunt met grote stappen weg.
Aap schudt geweldig heen en weer.
Ze gaan wéér de verkeerde kant op.

‘Nijl, je gaat fout, je moet díe kant op’
‘Díe kant? Okee!’
Nijl gaat goeiig die kant op.
‘Nee Nijl, díe kant op!’

En Nijl draait weer geduldig die andere kant op.
Aap hotst heen en weer.
Ze gaan verder door het bos.
De bomen glijden voorbij.

Dan worden de bomen en struiken lager en Aap ziet de rivier.
Nijl sjokt dreunend verder.
Opeens ziet Nijl het water ook en blij begint hij te rennen!
Aap bonkt op zijn rug op en neer, het water komt snél dichterbij.

In de rivier drijft rustig de familie nijlpaard.
Alleen hun ogen steken boven het water uit.
Nijl komt keihard aangerend en neemt een enórme sprong.
Aap vliegt met een boog door de lucht.

De nijlpaarden in de rivier zien Nijl springen.
Aap ziet het water op zich af komen.
Met een geweldige duik plonst Nijl het water in.
Het water spat alle kanten op.

De andere nijlpaarden krijgen een enorme plens over zich heen.
Beduusd kijken ze wat er gebeurd.
Aap komt met een driedubbele salto in het water terecht.
Nijl gaat kopje onder en komt proestend weer boven.

Wat is Nijl gelukkig!
‘Bedankt, dat je de goede weg gevonden hebt.’ zegt Nijl tegen Aap.
Heb je trek in lekkere waterplantentaart en rivierthee?’
Ja hoor, lijkt me lekker!’ knikt Aap.

Ze genieten van een stukje taart en een kopje rivierthee.
‘Heerlijk’ zegt Aap.
‘Het is erg lekker, maar nu moet ik weer terug naar huis.’
‘Daag!’ zegt Aap.
‘Nogmaals bedankt Aap!’ zegt Nijl.
En Aap verlaat de rivier en wandelt weer op zijn gemakje naar huis.