Haagse Kunstgrepen

Victory Boogie Woogie
De website Haagse Kunstgrepen 2.0 is financieel mogelijk gemaakt door

Haagse Kunstgrepen

Piet Mondriaan – Victory Boogie Woogie
1942 – 1944
olie en papier op doek
formaat 127 cm × 127 cm
H.P. Berlage
Gemeentemuseum Den Haag
Piet Mondriaan
       Piet Mondriaan zelfportret, 30 jaar

Haagse Kunstgrepen

Victory Boogie Woogie / Piet Mondriaan

De vertaling

Tony Bloem

Toen het Gemeentemuseum in Den Haag klaar was, in 1935, was dit gebouw het modernste museum in Nederland. Oorspronkelijk was het de bedoeling een veel groter museum te bouwen waar ook ruimte zou zijn voor toneelvoorstellingen, muziekoptredens en congressen. Maar toen dit plan in 1914 gelanceerd werd brak juist de Eerste Wereldoorlog uit.
Het plan werd uitgesteld en uiteindelijk, na ook nog de Crisistijd, werd in 1931 met de bouw begonnen.
Het ontwerp was door gebrek aan geld sterk vereenvoudigd maar een aantal belangrijke elementen bleven gehandhaafd.
We gaan nu naar binnen. Kom je mee kijken?

Deze lange gang met de mooie vijvers aan weerszijden is bedoeld om de dagelijkse beslommeringen van Den Haag en het straatgewoel achter je te laten en rustig je aandacht te richten op de bijzondere kunstwerken die je zult gaan zien.

Wat dit gebouw zo modern maakte, het werd ontworpen door de beroemde architect H.P. Berlage, waren de vernieuwende ideeën over de juiste lichtinval in een museum. Al vóór de bouw van het museum nam men proeven met de hoeveelheid licht, want te véél licht is schadelijk voor kunstvoorwerpen en te weinig licht, dat is hinderlijk voor bezoekers. Indirect licht van bovenaf bleek meestal ideaal voor schilderijen. Zijlicht was juist weer het beste voor driedimensionale voorwerpen zoals glaswerk, keramiek en meubelontwerpen. De vorm wordt dan beter zichtbaar.

Voor kunstenaars is de lichtinval erg belangrijk. Licht heeft namelijk heel veel invloed op de kleuren die je om je heen ziet. Kijk hier naar de muren, gemaakt door Sol LeWitt. Een andere kunstenaar was de schilder Piet Mondriaan. Hij werd geboren in Amersfoort en hij stierf in New York. Mondriaan begon met het schilderen van landschappen. Bomen, boerderijen, molens in nogal sombere bruine en grijze kleuren, zoals in die tijd gebruikelijk was. Wel schilderde hij dan graag een speciaal lichtmoment zoals een invallende avond of een heldere maan. Dat trof hem heel sterk.

Op dit schilderij zie je het avondlicht aan de horizon en tegelijkertijd de maan opkomen.
Rond 1917 verbond Mondriaan zich aan de kunststroming De Stijl en hij schreef voor het tijdschrift van De Stijl een aantal belangrijke teksten over schilderkunst. Hij wilde een nieuwe verbeelding van de werkelijkheid en een intensiever gebruik van kleur en dat is goed te zien op dit schilderij.

Later verhuisde hij naar Parijs en daar kwam hij in aanraking met een nieuwe stroming in de schilderkunst, het kubisme en dat heeft invloed op zijn werk. Dit is een boom in kubistische stijl.

In 1938, toen de Tweede Wereldoorlog dreigde uit te breken, vertrok hij vanuit Parijs naar Londen. En tegen de tijd dat het Duitse leger Londen bombardeerde ging hij naar Amerika. Daar was het een spannende tijd. In dans, in beeldende kunst, in muziek en film was men volop bezig nieuwe uitdrukking aan kunst te geven.
Mondriaan was toen al 68 jaar oud maar hij vond het in New York geweldig. In deze jonge dynamische wereld veranderde zijn schildersstijl opnieuw. Hij schilderde geen licht meer ín zijn schilderijen maar liet het licht vallen òp de felle kleurvlakken die hij schilderde. Zijn schilderen kreeg een nieuwe spanning in de compositie... (Overigens is dit schilderij niet van hem maar van van Doesburg.) Mondriaan ontwikkelde zich verder. Om compositie en ruimte goed zichtbaar te maken schilderde hij strepen en kleurige vlakken in alleen rood geel en blauw. Hij zette soms zijn doeken op een punt en het vierkant werd een ruitvorm. Dan lijkt het nog meer of de strepen en vlakken gewoon op de muur door zouden kunnen gaan. Het lijkt of het schilderij nu veel groter is. Nu vinden we dat niet meer zo bijzonder maar in zijn tijd had niemand dat ooit nog gedaan!

Dit beroemde schilderij heet Victory Boogie Woogie, Victory Boogie Woogie. Op de lijnen van het schilderij schilderde hij kleurvakjes in een ritmische volgorde, zwart, rood, geel, wit, zwart, geel, rood, wit.
Het is een heel vrolijk schilderij geworden, misschien omdat hij dacht aan de overwinning op de Duitse troepen. Het schilderij is nooit afgekomen want plotseling kreeg hij longontsteking en hij overleed. Hij wist nog niet hoe het uiteindelijk zou worden en wij zullen het ook nooit weten. Maar dat maakt niet uit, het schilderij is al prachtig zoals het nu is...
Piet Mondriaan liet zich inspireren door de levendigheid van een stad als New York met z’n opvallend rechtlijnige architectuur, en naar men zegt door ritme, het ritme van de jazzmuziek, de Boogie Woogie.
Ritme, wat is dat eigenlijk?

Dick van Gasteren

‘Ritme is niet zo‛n makkelijk begrip.
Ritme is eigenlijk een patroon van lange en korte intervallen zoals die ook al in de natuur voorkomen bij een druppelende kraan of bij een golvende zee. Daarin zie je bepaalde patronen steeds in de tijd terugkomen.
Dat is in de muziek ook zo, ritme gebruiken we om lange en korte noten te systematiseren, om achter elkaar te zetten. En als in dat ritme een zekere regelmaat in zit, een logica, dan spreken we over maat.
Een hele hoop dezelfde ritmetjes achter elkaar levert de maat op.
En dat is precies wat er in de Boogie Woogie gebeurt.
Ik zal het laten horen.
Nu tikte ik met mijn linkerhand het ritme en met mijn rechterhand dirigeerde ik de maat.
Dus dit is het ritme tata tata tata tata, kort lang, kort lang, kort lang, kort lang.
Daarbinnen is een systematisering met één, twee, drie, vier, één, twee, drie, vier, één... één...
Dat is een Boogie Woogie!
Een heel snel, bijna hitsig ritme, heel erg gedreven, wat eigenlijk iedereen begrijpt, aanvoelt, meeneemt, in die jazzy drive.’

Tony Bloem

We hebben een afspraak met architect Kees van Baalen.

Kees van Baalen

‘Dag Tony. Ik ben Kees van Baalen’

Tony Bloem

‘Goedendag, ik ben Tony Bloem. Ik wil u vragen of ritme in architectuur belangrijk is.’

Kees van Baalen

‘Ja. Ritme in de architectuur is echt heel belangrijk. Ik kan het je hier wel laten zien aan de hand van deze gebouwen.
Deze gebouwen zijn van architect Van den Hoven.’

‘Kijk, hier op het binnenterrein zien we deze gevels.
Dit is een galerijgevel en de architect heeft de openingen zo gemaakt dat er een bepaald ritme in zit.’

‘Dit is opgedeeld in kleinere gaten en die gaten zijn in een bepaald ritme geplaatst.’

‘En het interessante van deze gevel is ook dat er een gelaagdheid in zit. De gevel erachter heeft weer een ander ritme.’

‘Ritme is een middel om grote vlakken onder te verdelen. En dan proberen het een beetje spannend te maken.’

‘Kijk hier is het weer heel anders.’

‘Al die kleine stenen zitten ook in een ritme. Dus dit is weer een ander ritme dat er doorheen loopt. En als je nou echt een heel mooi ritme van bakstenen wilt zien dan moet je naar het Gemeentemuseum, want Berlage was echt een grootmeester in het maken van metselverbanden in bepaalde ritmes.’

Tony Bloem

‘Berlage, dat is inderdaad een goed voorbeeld. Het Gemeentemuseum heeft een duidelijke ritmiek, prachtig.’

Kees van Baalen

‘Ja. Berlage was de grootmeester. Ik vind, het mooiste gebouw van Nederland is nog steeds het Gemeentemuseum.
Als architect is er veel aan te zien, als kunstenaar is er veel aan te zien.
Het is gewoon een schitterend gebouw!’

Tony Bloem

‘Ja, ik vind het ook prachtig.’

Wil je zelf gaan kijken? Het museum is geopend van dinsdag tot zondag van 11.00 tot 17.00 uur. Maandag gesloten.